Afscheid van de oudste priester van ons bisdom
Maandag 29 januari hebben we pastoor Jan Willems, de oudste priester van ons bisdom, naar zijn laatste aardse rustplaats begeleid in het priestergraf van het parochiekerkhof van de H. Vitus in Blaricum waar hij tot zijn emeritaat pastoor was geweest. Vooraf ging een stemmige Uitvaartmis, met Gregoriaanse zang, volkszang en meerstemmige zang en soli.
Het zangkoor, samengesteld uit leden van het Caeciliakoor van de parochie en leden van het Thoaskoor van Huizen en soliste Elma van den Dool hebben echt hun best gedaan.
Acht priesters concelebreerden met mij en deken Carlos Fabril volgde de viering in Brazilië waar hij bij zijn ernstig zieke moeder is. Behalve de kapelaans en oud-kapelaans waren pater Wijnand van Wegen en deken Jules Dresmé er, terwijl er ook in de kerk nog geestelijken waren. Kortom, er waren de nodige medebroeders om hem uitgeleide te doen.bEen goed bezette kerk getuigde van de warme herinneringen die veel mensen aan pastoor Willems hebben.
Pastoor Nico van der Peet hield een openingswoord en deed de Absoute, neef Nico Knol las het evangelie en de gedachtenis van de overledene in het Eucharistisch gebed, vice-voorzitter Florent Vlak sprak een woord namens de parochie en mevr. Ria de Git-Ligthart haalde herinneringen op uit de familiekring.
Hieronder vindt U de homilie die de bisschop bij deze gelegenheid hield
IN VERTROUWEN HEM TOEVERTROUWEN
Dankbaarheid
Broeders en zusters,
Natuurlijk is er nu ook droefenis en verdriet, maar toch: Dit is geen droeve begrafenis, want het is vooral met dankbaarheid dat we terugzien op een lang en vruchtbaar leven van een gelukkig priester, die met vreugde en zachtmoedigheid zijn herderlijk en priesterlijk ambt 68 jaar lang heeft mogen vervullen en tot op hoge leeftijd actief is geweest. Ik wil als bisschop van dit bisdom mijn dankbaarheid graag tot uiting brengen voor zoveel jaren trouw priesterlijk dienstwerk als kapelaan, rector, pastoor en deken.
Dank U, goede God, voor wat pastoor Jan Willems zo’n lange periode heeft mogen en kunnen doen voor Christus, voor het Evangelie en de Kerk! Dat evangelie zou hij altijd weer verbinden met het leven van mensen, met het leven en de realiteit van nú, van de wereld waarin wij leven.
Dank U voor de liefde en inzet die hij had voor de mensen die aan hem waren toevertrouwd, dank U voor het goede en mooie dat hij heeft doorgegeven, dank U voor zijn geloof, zijn hartelijkheid en trouw.
Zeker, er is het gemis en dat zullen dierbare naasten zeker ervaren, onder wie ik als eerste wel Tiny Ligthart mag noemen, die tot het laatst zo trouw en liefdevol voor pastoor Jan Willems heeft gezorgd. De Heer heeft hem naar huis gehaald, juist op het moment dat jullie aan het denken waren over een andere richting voor de toekomst en juist toen hij me gevraagd had zijn uitvaart te doen, in verband met zijn toch wat afnemende gezondheid.
Toen ik hem op 1 december kwam bezoeken was hij digitaal zijn brevier aan het bidden, zoals hij altijd trouw deed. Ik sprak een blije en dankbare priester. Tot op deze hoge leeftijd heeft hij steeds meegeleefd met de kerk en met zijn bisdom, waarbij de kathedraal voor hem altijd een speciale plaats heeft ingenomen. Daar was hij tot priester gewijd, daar voelde hij zich mee verbonden en die steunde hij dus ook voor de restauratie.
En hij was tot voor kort bij de sint Jansprocessie in Laren, waarbij hij de vroegmis op het kerkhof deed; hij was er in Kevelaer met de bedevaart vanuit het Gooi, hij was er voor de zieke en oudere priesters die hij bezocht, hij was er in contact met zijn jonge medebroeders, die hij hartelijk steunde. Kortom, we zullen hem allemaal missen, maar we mogen niet egoïstisch zijn: hij is in vrede, hij gaat de poort van het eeuwig leven binnen en we mogen erop vertrouwen dat hij daar nu gelukkig zal zijn.
“Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus”, het waren de woorden van de apostel Paulus
die we hoorden. De dood niet, geen boze macht of kwade geest, niets kan je scheiden van de liefde van God. Het is een uitnodiging, die woorden van Paulus, om niet bezorgd te zijn of angstig, maar je rustig toe te vertrouwen aan die liefde van God en in vrede te zijn.
In dat vertrouwen mogen we pastoor Jan Willems toevertrouwen aan die vaderlijke zorg van de goede God, dankbaar omdat hij zoveel moois en goeds heeft verricht en het geloof heeft bewaard; in dat vertrouwen ook mogen wij zelf voortgaan op onze levensweg. En het kan daarbij natuurlijk heel goed zijn dat ons dingen zijn overkomen, of dat we zelf dingen hebben gedaan, waar we spijt van hebben, die we liever anders hadden gezien, maar uiteindelijk staan we allemaal voor God die als een goede Vader, met barmhartigheid en begrip naar ons leven kijkt. Hij begrijpt ons nog beter dan wij onszelf snappen; En dus telt voor God niet het zwaarst fouten die we misschien hebben gemaakt of de zonden die we hebben gedaan, voor hem tellen het allermeest het geloof en de liefde waarmee we voor God staan met een hart dat verlangt Gods liefde te ontvangen.
We staan voor God als bedelaars.
In het evangelie hoorden we de zaligsprekingen uit de Bergrede, die Jezus heeft gehouden. Daar worden door Jezus niet de mensen zalig geprezen die een groot fortuin hebben weten te vergaren, niet de rijken en de machtigen, maar de eenvoudigen, de zachtmoedigen, de vrede-brengers en wie niet zo vol zijn van zichzelf, niet hoeven te overheersen. In die zaligsprekingen van de Bergrede kunnen we pastoor Willems herkennen en de geest waarin hij heeft willen leven; zo hebben mensen hem ervaren. Nu mogen we hem toevertrouwen aan de Heer die hem hier op aarde al in zijn dienst geroepen had als priester.
Moge hij nu de vervulling bereiken van al wat hij heeft gehoopt, moge hij God zien van aangezicht tot aangezicht, voor ons is dat allemaal nog een onuitsprekelijk geheim, waarvan wij ons niet eens een realistische voorstelling kunnen maken, maar moge het voor hem nu de volle werkelijkheid zijn!
Heer, geef hem de eeuwige rust
en het eeuwig licht verlichte hem.
Moge hij rusten in vrede!